u bent hier: Homepage Nieuws Welke internetbehandeling voor vermoeidheid na kanker werkt het beste voor wie?

Welke internetbehandeling voor vermoeidheid na kanker werkt het beste voor wie?

Welke internetbehandeling voor vermoeidheid na kanker het beste werkt voor wie, is mogelijk afhankelijk van de mate van vermoeidheid en in welke mate een persoon het idee heeft dat de vermoeidheid nooit meer beter wordt. Dat blijkt uit onderzoek van het Helen Dowling Instituut en Universiteit Twente.

Illustratie van onderzoekers die hun bevindingen met elkaar bespreken aan tafel over vermoeidheid bij kanker.

Effectieve online behandelingen

Eerder heeft de studie Fitter na kanker aangetoond dat zowel Mindfulness-Based Cognitieve Therapie (MBCT) via het internet als activiteitencoaching via het internet effectief zijn in het verminderen van vermoeidheid na kanker. We weten echter nog niet welke behandeling het meest geschikt is voor wie. Onderzoeker Melanie Schellekens publiceerde onlangs samen met haar collega’s van het Helen Dowling Instituut en Universiteit Twente een paper hierover in het wetenschappelijke vaktijdschrift Supportive Care in Cancer.

11 factoren

Om antwoord te vinden op de vraag ‘Welke internetbehandeling past het beste bij wie?’ onderzochten Schellekens en collega’s 11 verschillende factoren (zie de tabel). Er was echter geen overtuigend bewijs dat een van deze factoren voorspelde welke internetbehandeling beter zou werken voor een bepaalde groep mensen. Mannen hadden bijvoorbeeld niet meer baat bij de ene therapie dan vrouwen.

Vermoeidheid en catastroferen

Ze vonden wel een aanwijzing dat vermoeidheid en catastroferen hierin een rol spelen. Catostroferen houdt in dat iemand het idee heeft dat de vermoeidheid nooit meer beter wordt. Wanneer mensen bij aanvang minder vermoeid zijn of minder catastroferen, leken ze meer baat te hebben bij de activiteiteninterventie dan bij de MBCT. In dat geval lijkt ondersteuning bij het balanceren van activiteiten meer geschikt dan een psychologische behandeling. Wanneer mensen bij aanvang meer vermoeid zijn of meer catastroferen, leken ze meer baat te hebben bij de MBCT dan een controlegroep die alleen psycho-educatie ontving. In dat geval lijkt alleen informatie over hoe om te gaan met vermoeidheid niet toereikend en is een psychologische behandeling nodig.

Individuele benadering

Door de kleine groep zijn deze conclusies nog niet heel stevig. Een andere aanpak waarin we niet naar groepen mensen kijken maar ons richten op wat belangrijk is voor het individu zou ons meer inzicht kunnen geven in de vraag ‘Wat werkt het beste voor wie?’ In het vervolgonderzoek REFINE hebben we zo’n persoonsgerichte benadering toegepast en aanwijzingen gevonden hoe we de psychologische behandeling bij chronische vermoeidheid na kanker kunnen personaliseren.

Factoren
1. Geslacht
2. Leeftijd
3. Opleidingsniveau
4. Type kanker
5. Aantal maanden dat de vermoeidheid duurt
6. Catastroferen over vermoeidheid (Het idee dat het nooit meer beter wordt)
7. Controle over vermoeidheid (Het idee dat je in staat bent de vermoeidheid te veranderen)
8. Activiteit (Zoals de deelnemer dit zelf waarneemt)
9. Accepterende houding t.o.v. ervaringen
10. Aandacht voor ervaringen
11. Sociale steun
11 factoren

Recente nieuws

Zo beoordelen cliënten onze zorg.

Bekijk hier de volledige resultaten uit ons tevredenheidsonderzoek. Onze zorg ook beoordelen? Dat kan op Zorgkaart Nederland.

Tevredenheid

Afname stemmingsklachten

Beveelt ons aan