Krijg je van dichtbij te maken met kanker, dan komt er best veel op je bord. Ook mentaal. Soms lukt het niet om daar in je eentje of met hulp van je omgeving mee om te gaan. Je mentale klachten zijn dan te ernstig. Bij ons vind je een warme, veilige en professionele plek waar je terecht kunt voor psychologische zorg bij kanker. Die zorg moet natuurlijk wel goed geregeld zijn. Daarom werken wij sinds 1 januari 2017 met een kwaliteitsstatuut. In dit statuut leggen we vast hoe je van begin tot eind de juiste zorg krijgt, op de juiste plaats, door de juiste behandelaar.
Per 1 januari 2017 zijn alle aanbieders van ‘geneeskundige ggz’, dat wil zeggen generalistische basisggz en gespecialiseerde ggz binnen de Zorgverzekeringswet, verplicht een kwaliteitsstatuut openbaar te maken. Dit betreft een goedgekeurd kwaliteitsstatuut.
[Beschrijf in maximaal 10 zinnen de algemene visie/werkwijze van uw instelling en hoe uw patiëntenpopulatie eruit ziet. Bijvoorbeeld: Op welke problematiek/doelgroep richt uw instelling zich, betrekt u familie/omgeving in de behandeling, past u eHealth(toepassingen) toe, etc).]
Het Helen Dowling Instituut (HDI) biedt psychologische zorg aan mensen met kanker en hun naasten.
Onze missie is om is om mensen met kanker en hun naasten zoveel mogelijk de regie over hun leven terug te geven. Wij richten ons op de diagnose en behandeling van aan de ziekte gerelateerde psychische problemen. Ook mensen met andere levensbedreigende ziekten kunnen bij ons terecht voor psychologische behandeling.
Onze behandelingen bestaan uit individuele therapie, relatie- en gezinstherapie en groepstherapieën. Wij hebben zorgaanbod in zowel de generalistische basis GGZ (lichte tot matige problemen) als de gespecialiseerde GGZ (zwaardere of complexere problemen).
Ons specialisme is het behandelen van psychologische aandoeningen gerelateerd aan levensbedreigende ziekte(n), in het bijzonder kanker.
Het Helen Dowling Instituut streeft naar landelijk beschikbare kwalitatieve psycho-oncologische zorg. Een goed netwerk waarbinnen samenwerking plaatsvindt, verbetert de zorg voor mensen met kanker en hun naasten. Daarom werken wij samen met organisaties die aanvullende zorg bieden dan wel zich inzetten voor de belangen van mensen met kanker en hun naasten. Ook detacheren wij incidenteel medewerkers naar ketenpartners.
Hiervoor kunnen de volgende type beroepsbeoefenaren als indicerend regiebehandelaar optreden:
Hiervoor kunnen de volgende type beroepsbeoefenaren als coördinerend regiebehandelaar optreden:
Hiervoor kunnen de volgende type beroepsbeoefenaren als indicerend regiebehandelaar optreden:
Hiervoor kunnen de volgende type beroepsbeoefenaren als coördinerend regiebehandelaar optreden:
Toelichting: Welk beroep wordt ingezet als indicerend regiebehandelaar hangt af van een aantal factoren. Wij willen zowel kwalitatief goede zorg leveren als de wachttijd zo kort mogelijk houden. Het HDI is een instelling waar vooral psychologische zorg wordt gegeven. Er werken overwegend GZ-psychologen. Het aantal psychotherapeuten en specialisten is beperkt en de beschikbaarheid verschilt bovendien per locatie. Wanneer alleen specialisten als indicerend behandelaar mogen optreden in categorie B, zal onze wachttijd significant toenemen. Onze andere disciplines zijn bovendien goed opgeleid ten aanzien van de problematiek waarmee onze cliënten kampen; wij hebben daartoe ook een intern scholingsaanbod ontwikkeld. De probleemanalyse wordt ook altijd in een MDO besproken in aanwezigheid van een specialist.
Indien bij de intake in categorie B wordt geconstateerd dat de problematiek onvoldoende duidelijk is geworden en inzet van een psychotherapeut of specialist toch nodig is om de problematiek te doorgronden, organiseren wij een tweede intakegesprek bij één van deze beroepen. Deze wordt hierna indicerend regiebehandelaar.
Het Helen Dowling Instituut werkt ten behoeve van de behandeling en begeleiding van patiënten/cliënten samen met diverse samenwerkingspartners.
Indien u de naam van een persoon opneemt, dient u toestemming van deze persoon te hebben voor het gebruik van zijn/haar persoonsgegevens (AVG)
Functie samenwerking: Zelfstandig praktijkvoerend op HDI locatie Bilthoven; indicatie en doorverwijzing.
Functie samenwerking: Deelname aan MDO’s bij divisie in academisch ziekenhuis, screening en kortdurende medisch psychologische behandeling in het ziekenhuis en snelle doorverwijzing naar HDI voor GGZ-behandeling of doorverwijzing in de eigen regio van cliënt.
Functie samenwerking: doorverwijzing voor vaktherapie en haptotherapie
Functie samenwerking: Doorverwijzing voor vaktherapie en haptotherapie
Functie samenwerking: samenwerking en afstemmen zorgaanbod en verwijzingen.
Het Helen Dowling Instituut geeft op de volgende manier invulling aan het lerend netwerk van indicerend en coördinerend regiebehandelaren:
Er zijn diverse structurele overlegvormen georganiseerd waarin (regie)behandelaars reflecteren op hun handelen. Alle regiebehandelaars zijn onderdeel van een multidisciplinair team (MDO). Dit is een vast team dat wekelijks of tweewekelijks bij elkaar komt onder leiding van een klinisch psycholoog of psychiater. Doelstelling van deze MDO’s is indicatiestelling, casuïstiekbesprekingen en intervisie. Er vindt zowel reflectie op het zorgproces als op het handelen van regiebehandelaars plaats.
Eens per maand is de MDO-bijeenkomst uitsluitend gericht op intervisie c.q. reflectie op het handelen van de regiebehandelaar(s). Een vraag gericht op het persoonlijk functioneren is daarbij het uitgangspunt. De groep helpt de regiebehandelaar aan de hand van een intervisiemethode om te reflecteren.
Het Helen Dowling Instituut betrekt waar mogelijk de directe samenwerkingspartners in het lerend netwerk. De haptotherapeut die bij ons op locatie werkt is betrokken bij het MDO en de intervisie, en wij zetten eenzelfde samenwerking op met de fysiotherapeuten die bij ons op locatie werken.
Het Helen Dowling Instituut ziet er als volgt op toe dat:
Daarnaast houden medewerkers van het Helen Dowling Instituut zich aan eisen rondom bevoegdheid en bekwaamheid die voortvloeien uit wetgeving of die gesteld worden door beroepsverenigingen:
Het Helen Dowling Instituut beschikt over een zorgaanbod dat is gebaseerd op het door ons ontwikkelde, wetenschappelijk onderbouwde zorgprogramma ‘Leren leven met kanker’ en de geldende GGZ-standaarden en –richtlijnen. In samenwerking met de directeur zorg en de afdeling wetenschappelijk onderzoek wordt ons behandelaanbod aangepast wanneer er nieuwe kennis beschikbaar is. Voor behandelaren zijn er uitwerkingen van richtlijnen en standaarden voor de praktijk beschikbaar om hen te ondersteunen bij het toepassen ervan.
Het Helen Dowling Instituut heeft haar zorgaanbod beschreven in zorgpaden, waarin informatie is vastgelegd over de behandelmethode(n) en verwachte behandelduur van een specifieke klacht of probleem. De van toepassing zijnde behandelmethode(n) worden aangemerkt in de behandelovereenkomst en zijn daarmee altijd inzichtelijk voor de cliënt.
Alle BIG-geregistreerde zorgverleners zijn gehouden aan de wettelijke geregelde verantwoordelijkheden en bevoegdheden die binnen de GGZ van kracht zijn, te wetende wet BIG, Kwaliteitswet Zorginstellingen, de Wet Geneeskundige Behandelovereenkomst (WGBO), ook op het gebied van de eisen die aan bij- en nascholing ten behoeve van herregistratie worden gesteld.
Elk jaar wordt er een opleidingsplan gemaakt goedgekeurd door het management team (MT). Er wordt 1.5% van de jaarlijkse brutoloonsom gebudgetteerd voor scholing. Voor GZ-psychologen en uitvoerende behandelaars is er een persoonlijk opleidingsbudget vastgesteld naar rato van de Fte. Psychiaters en klinisch psychologen hebben een ruimer persoonlijk opleidingsbudget naar rato van Fte, afgestemd op de eisen die aan herregistratie in het kader van de wet BIG worden gesteld. Jaarlijks voeren de teamleiders minstens viermaal een individueel gesprek met medewerkers, waar scholing en deskundigheid een onderwerp in zijn. Ook in het jaargesprek is dit onderwerp van gesprek.
In het strategieplan, waarin aangaande de ontwikkeling van de organisatie een vijftal jaren vooruit wordt gekeken, wordt ook rekening gehouden met de deskundigheid van medewerkers. Het Helen Dowling Instituut ontwikkelt een intern scholingsaanbod voor nieuwe behandelaars.
Elk jaar wordt er een scholingsplan gemaakt en goedgekeurd door MT. Voor psychiaters en klinisch psychologen is een apart persoonlijk opleidingsbudget vastgesteld.
ja. Zie https://hdi.nl/kwaliteitsstatuut-professionals/
Alle betrokken behandelaars zijn onderdeel van een multidisciplinair overleg (MDO). Dit is een vast team dat wekelijks bij elkaar komt onder leiding van een klinisch psycholoog of psychiater. In dit MDO worden indicatiestelling en behandelplannen besproken, en worden behandelingen geëvalueerd. Daarnaast vindt er tussentijds overleg plaats naar behoefte of aanleiding. De bespreking wordt in het persoonlijke dossier vastgelegd, waarbij de inhoud en het advies van het team en de aanwezige teamleden wordt genoteerd.
Uitgangspunt bij elke behandeling, dus ook in geval van op- of afschaling, is het bieden van gepaste hulp.
Bij de start van de behandeling wordt zo goed mogelijk een coördinerend regiebehandelaar gekozen, met de juiste expertises, passend bij de zorgbehoefte van de cliënt. De complexiteit van de zorgvraag bepaalt de keuze van de juiste regiebehandelaar.
Het HDI beschikt niet over 24-uurs bereikbaarheid. Wanneer in de intakefase blijkt dat er sprake is van een crisissituatie waarvoor 24-uursbereikbaarheid noodzakelijk is, wordt betreffende cliënt naar de (dienstdoende) huisarts terugverwezen, die de crisisdienst kan in schakelen.
De keuze om de zorgverlening op- of af te schalen is een vast onderdeel van de periodieke evaluatie. Daarbij wordt ook een ROM-meting gebruikt – een aantal vragenlijsten waarmee de voortgang van de behandeling wordt gemeten. Het behandelbeleid wordt bijgesteld in het geval dat de behandeling (on)voldoende effect heeft naar de mening van de cliënt, in samenspraak met betrokken behandelaars.
Wanneer een behandeling onvoldoende effect heeft wordt dit door de coördinerend regiebehandelaar of uitvoerend behandelaar in het MDO besproken, waarop in het team een advies wordt gegeven. De coördinerend regiebehandelaar kan besluiten de zorg te intensiveren, een andere behandeling en/of mogelijk behandelaar in te zetten, of de indicerend behandelaar danwel klinisch psycholoog of psychiater te consulteren of in consult te roepen.
Het HDI biedt geen 24-uurs crisishulp. Indien er sprake is van acute spoed of crisis binnen kantooruren kunnen cliënten contact opnemen met hun behandelaar bij het HDI, welke zo nodig de huisarts zal betrekken. Buiten kantooruren en in het weekend kunnen cliënten contact zoeken met de huisarts(enpost).
In geval een cliënt een gevaar lijkt voor zichzelf of anderen, en dit kenbaar maakt tijdens een therapiegesprek, maakt de coördinerend regiebehandelaar een inschatting van de situatie aan de hand van de door het HDI beschreven richtlijnen. Afhankelijk van de ingeschatte ernst van de situatie kan huisarts, regiebehandelaar, klinisch psycholoog of psychiater in consult worden geroepen
10d. Binnen het Helen Dowling Instituut geldt bij verschil van inzicht tussen bij een zorgproces betrokken zorgverleners de volgende escalatieprocedure:
Bij verschil van mening of professionele onenigheid tussen (mede)behandelaars, wordt gehandeld in de volgorde zoals hieronder staat aangegeven:
A. De professionele standaard en de daarbij horende richtlijnen bieden een oplossing of aanknopingspunten om toch een beslissing te kunnen nemen.
1. De hierdoor gevonden oplossing wordt uitgevoerd.
2. De oplossing is ontoereikend, er wordt overgegaan naar fase b.
B. Opschaling naar de indicerend regiebehandelaar (tenzij het dezelfde persoon betreft), deze doet een voorstel om tot een oplossing te komen
1. De oplossing is acceptabel en wordt uitgevoerd.
2. De oplossing is ontoereikend, er wordt overgegaan naar fase c en volgend.
C. Opschaling naar de klinisch psycholoog.
1. De oplossing is acceptabel en wordt uitgevoerd.
2. De oplossing is ontoereikend, er wordt overgegaan naar fase c en volgend.
D. Indien de klinisch psycholoog geen onderdeel uitmaakt van de managementlijn wordt de teamleider betrokken.
1. De oplossing is acceptabel en wordt uitgevoerd.
2. De oplossing is ontoereikend, er wordt overgegaan naar fase c en volgend.
E. De situatie wordt voorgelegd aan de directeur Zorg (of diens vervanger). De verschillende standpunten gehoord hebbende, neemt de adjunct-directeur (of diens vervanger)een besluit
1. Het besluit van de directeur Zorg (of diens vervanger) is richtinggevend voor de oplossingsrichting.
2. Op grond van dit besluit wordt uitvoering gegeven aan de door de directeur Zorg (of diens vervanger) voorgeschreven oplossingsrichting en geldt als richtsnoer voor het verdere zorgproces.
Ja.
Ja.
Ja.
Cliënten vinden informatie over wachttijden voor intake en behandeling via: www.hdi.nl/behandeling. Daarnaast kunnen cliënten hun wachttijd raadplegen in hun eigen cliëntportaal, of telefonisch. De informatie is –indien het onderscheid van toepassing is– per zorgverzekeraar en per diagnose.
De verwijzing via Zorgdomein,de telefonische of onlineaanmelding wordt ontvangen door het secretariaat. Zij nemen indien nodig contact op voor aanvulling van ontbrekende gegevens en/of een verwijsbrief. Na inschrijving ontvangt de cliënt een bevestiging per e-mail.
Indien er inhoudelijk twijfel is over de verwijzing, vindt er een beoordeling plaats door een team van (GZ-psychologen in opleiding tot) klinisch psychologen. Mocht de verwijzing niet passen bij het zorgaanbod van het HDI, dan wordt de cliënt daarvan telefonisch op de hoogte gesteld door het secretariaat.
Een cliënt staat op een wachtlijst voor intake tot er plaats is bij indicerend regiebehandelaar. De meest recente wachttijden zijn op onze website www.hdi.nl/wachttijd te vinden. In deze periode wordt er nog geen zorgtraject geopend en is de verwijzer/huisarts nog behandelverantwoordelijk voor de cliënt. Wel kunnen cliënten gebruik maken van onze Welkomstmodule in het cliëntenportaal, waar informatie en praktische handvatten in staan. Zij krijgen bij aanmelding hiervoor een link toegezonden.
Het secretariaat neemt telefonisch contact op met cliënten voor het inplannen van het intakegesprek. Het intakegesprek wordt gedaan door de indicerend regiebehandelaar. De communicatie verloopt vanaf dat moment via de indicerend regiebehandlaar.
Ja.
Beschrijf hoe de intake/probleemanalyse en indicatiestelling binnen het Helen Dowling Instituut is geregeld (hoe komt de aanmelding binnen, hoe komt de afspraak met de patiënt/cliënt voor de intake tot stand, wie is in de intakefase de indicerend regiebehandelaar en hoe komt die beslissing tot stand (afstemming met patiënt/cliënt), waaruit bestaan de verantwoordelijkheden van de indicerend regiebehandelaar bij het stellen van de diagnose):
Voor de procedure rondom het tot stand komen van de afspraak, zie artikel 14.
De indicerend regiebehandelaar is verantwoordelijk voor het opstellen van de probleemanalyse en diagnose. Delen van het diagnostische proces kunnen door anderen dan de indicerend regiebehandelaar worden verricht, bijvoorbeeld door een psychiater.
Aan het einde van de intakeprocedure wordt de voorlopige diagnose met de cliënt besproken en aangepast indien nodig. Bij een behandeling in de gespecialiseerde GGZ worden de probleemanalyse en de diagnose voorgelegd aan het multidisciplinair overleg. Indien uit het eerste intakegesprek blijkt dat er sprake is van een hoge mate van complexiteit van de problematiek, wordt er een tweede intakegesprek gepland bij een klinisch psycholoog, psychotherapeut of psychiater. Deze wordt dan de indicerend regiebehandelaar.
Aan het einde van de intakeprocedure stelt de indicerend regiebehandelaar het behandelplan op. Indien er sprake is van een behandeling in de gespecialiseerde GGZ, wordt het behandelplan besproken in het multidisciplinair overleg. De cliënt ontvangt vervolgens de behandelovereenkomst digitaal in het cliëntenportaal, met daarin de probleemanalyse, diagnose en voorgenomen interventies opgenomen. Hier kan de cliënt aangeven akkoord te zijn of niet. In het laatste geval vindt er verder overleg plaats met de indicerend regiebehandelaar. Bij verschil van mening of onvrede heeft de cliënt altijd de mogelijkheid een andere zorgverlener binnen het Helen Dowling Instituut te consulteren.
De coördinerend regiebehandelaar is tijdens de behandeling het centrale aanspreekpunt. Zij is er voor verantwoordelijk dat de cliënt een behandeling krijgt volgens de gangbare zorgstandaarden en richtlijnen. Zij zorgt er voor dat het behandelplan eventueel op meer gedetailleerd niveau uit wordt gewerkt. Ook zal er regelmatig contact zijn met de cliënt om te bekijken hoe de behandeling verloopt en of er wijzigingen in het behandelplan nodig zijn. Daarnaast zorgt de coördinerend regiebehandelaar voor een goede afstemming tussen zorgverleners. Er wordt overleg georganiseerd wanneer dit nodig is. Ook coördineert zij de afsluiting. Bij ingrijpende veranderingen in het behandelplan sluit ook de indicerend regiebehandelaar aan.
Wanneer afronding geïndiceerd is legt de coördinerend regiebehandelaar in een SGGZ-traject de uitkomsten van de ROM-meting en het evaluatiegesprek met cliënt voor aan het multidisciplinair team. Vervolgens wordt het advies van het team met cliënt besproken. Bij afronding, verlenging en opschaling van de behandeling worden de huisarts en/of andere verwijzer in kennis gesteld van het verloop en resultaat van de behandeling (met toestemming van cliënt).
Elke behandeling start met een zogenoemde voormeting (ROM-meting) voor het intakegesprek. Dit houdt het invullen van een uitgebreide vragenlijst in, waarin naar relevante klachten en problemen wordt gevraagd. Samen met de cliënt wordt een frequentie van evaluatie besproken, welke wordt opgenomen in het behandelplan. De richtlijn is om in ieder geval iedere drie maanden te evalueren. Vervolgens vinden er periodiek nieuwe ROM-metingen plaats, waarvan de uitkomsten tijdens een evaluatie worden besproken. De coördinerend behandelaar draagt er zorg voor dat de indicerend behandelaar aansluit bij evaluaties wanneer nodig. Indien er sprake is van een behandeling in de gespecialiseerde GGZ wordt de evaluatie ook in het multidisciplinair overleg besproken.
Het Helen Dowling Instituut vindt betrokkenheid van naasten belangrijk. Betrokkenheid van naasten bij evaluaties wordt met de cliënt besproken. Indien dit van toegevoegde waarde is en de cliënt dit wil, kan een naaste de evaluatie bijwonen.
Tijdens een evaluatie wordt met de cliënt de voortgang op de behandeldoelen besproken, en de tevredenheid met de behandeling, de behandelmethode(n) en de behandelaar(s). De indicerend behandelaar is zo veel als mogelijk aanwezig bij evaluatiemomenten, zeker bij ingrijpende wijzigingen.
Het Helen Dowling Instituut vindt de tevredenheid van de cliënt erg belangrijk. Er is in de gehele organisatie aandacht voor op de volgende wijzen:
De anonieme uitkomsten van het tevredenheidsonderzoek worden met het managementsteam enmet de cliëntenraad besproken.
Op de afgesproken evaluatiemomenten of als daar naar de mening van cliënt en/of (regie)behandelaar aanleiding voor is, bespreekt de coördinerend regiebehandelaar, eventueel samen met de behandelaar, met de cliënt en eventueel zijn naasten de resultaten van de behandeling (tot dan toe) en mogelijke vervolgstappen. Wanneer de doelen uit de behandelovereenkomst behaald zijn, of wanneer niet verwacht wordt dat de doelen (bij het HDI) behaald kunnen worden, wordt in overleg met de cliënt besloten de behandeling af te ronden. Er wordt met cliënt gewerkt aan terugvalpreventie. De behandelaar laat het secretariaat weten dat een behandeltraject afgesloten wordt middels een afsluitformulier welke per e-mail verstuurd wordt aan het secretariaat. Bij afsluiting wordt de verwijzer in kennis gesteld middels een eindrapportage, (welke geschreven wordt in het patientendossier) inclusief eventuele adviezen, tenzij de cliënt hiertegen bezwaar maakt. Indien een externe vervolgbehandeling nodig is wordt hierover gericht advies gegeven aan de verwijzer.
Wanneer een behandeling is afgesloten kan de cliënt bij terugval zich via de verwijzer opnieuw aanmelden bij het HDI. Als daar redenen toe zijn, bestaat de mogelijkheid om een zogenaamde VIP-regeling af te spreken. Daarbij kan een cliënt binnen bepaalde tijd direct opnieuw in behandeling komen.
In geval van crisis na afsluiting, wordt, voordat iemand in zorg genomen wordt, altijd eerst contact opgenomen met de huisarts, aangezien het HDI geen 24-uur crisisopvang aanbiedt.
Ik verklaar dat ik me houd aan de wettelijke kaders van mijn beroepsuitoefening, handel conform het Landelijk Kwaliteitsstatuut GGZ en dat ik dit Kwaliteitsstatuut naar waarheid heb ingevuld.
Ja.
Bij het openbaar maken van het kwaliteitsstatuut voegt de ggz-instelling de volgende bijlagen op de registratiepagina van www.ggzkwaliteitsstatuut.nl toe:
Een afschrift/kopie van het binnen de instelling geldende kwaliteitscertificaat (HKZ/NIAZ/JCI en/of ander keurmerk);
Zijn algemene leveringsvoorwaarden;
Het binnen de instelling geldende professioneel statuut, waar de genoemde escalatie-procedure in is opgenomen.
Bekijk hier de volledige resultaten uit ons tevredenheidsonderzoek. Onze zorg ook beoordelen? Dat kan op Zorgkaart Nederland.
Tevredenheid
Afname stemmingsklachten
Zou ons aanbevelen